Als ik de titel nog eens doorlees verbaast me steeds weer de onlogischeid van de bewering. Natuurlijk gebruik je juist op school je hersenen, toch?
Mijn vader riep het vroeger al: kind gebruik toch je hersenen. Meestal bedoelde hij op school, soms doelde hij op vage vriendjes en onwenselijk gedrag in zijn ogen. Hersenkennis op school gebruiken, dat is wat ik in het veld weinig tegenkom en wat mijn verbazing oproept. Als deskundige (niet voor niets onderwijskundige met docentervaring) mag ik vaak op scholen masterclasses verzorgen over het brein. Ook al werkt iedereen op school met de hersenen van leerlingen: enige hersenkennis is daarbij vaak niet aanwezig. Niet bij docenten en niet bij het management. Waar de marketing en de bedrijven het geld op straat zien liggen als het gaat om de toepassingen van hersenkennis om leerprocessen en andere processen efficiënter te laten verlopen, de school past dit slechts mondjesmaat toe. Nu wil ik niet alle scholen over een kam scheren want er zijn vast scholen die volop experimenteren, die ken ik gelukkig ook! Maar voor de meesten is mijn bezoek een openbaring.
Maar wel een topopenbaring! Docenten en managers vinden de breinkennis en de breinbril die ik ze graag opzet uitermate boeiend. Herhaling inbouwen, lessen verzorgen in de context van het beroep, meer zintuigen aanspreken: ze smullen ervan en zien ook kans om daar met eenvoudige ingrepen direct resultaat te behalen. Waar het soms aan ontbreekt en daar zou ik graag een lans voor breken is de tegenstelling die er is tussen: wat goed is voor leren op scholen en de papieren romslomp en het volledig ontbreken van middelen om zintuiglijk leren mogelijk te maken.
Digiborden, computergebruik en faciliteiten per docent, het is er vaak niet. De rondleidingen voor ouders gaan misschien langs de best ingerichte lokalen maar een gemiddelde school heeft weinig middelen per individuele docent om een optimaal breinvriendelijk klimaat te scheppen. Een paar voorbeelden: afgeschermde websites, misschien goed voor leerlingen maar niet voor de docent die zijn les beter wil vormgeven door filmmateriaal te gebruiken. Geen eigen computer of laptop voor de docent, waardoor de gemiddelde voorbereiding lang duurt en niet alles beschikbaar is, een OER en lessentabel die vastliggen en weinig ruimte biedt om in te spelen op actualiteit. Een docent die niet informatievaardig is, niet kan omgaan met ICT gebruiken in het leerproces. Tijdsdruk en papierdruk waardoor de creativiteit gedood wordt.
Toch lukt het docenten nog steeds om breinkennis toe te passen en door te dringen tot puberbreinen die echt wel wat anders aan hun hoofd hebben dan leren. Deze docenten ondersteun ik tegenwoordig, als ik dan al op bezoek ben. Ik stel ik handtekening ter beschikking ter ondertekening van elke aanvraag voor extra budget om breinvriendelijk onderwijs en de aanschaf van aparatuur mogelijk te maken. Elke docent een eigen dongel en laptop, in elk lokaal een digibord: het moet kunnen! Wie helpt mee om dat in 2015 voor elkaar te krijgen? Het zal ons brein en dat van onze kinderen helpen om efficiënter, effectiever maar vooral leuker te leren.
Geef een reactie